De man van Bianca (42) overleed op zijn 35ste
Het verlies van een dierbare kan ongelooflijk verdrietig zijn. Over hem of haar praten, kan soms helpen. Wie was degene die overleed en wat is zijn/haar verhaal? Deze week vertelt Bianca over haar man Paul die in 2015 door een hersentumor overleed.
Bianca: “Mijn man Paul en ik stonden midden in het leven. We waren begin dertig en hadden een mooi huis en twee prachtige dochters (de jongste was net tien weken oud) toen Paul in november 2010 opeens rare klachten kreeg. Zo had hij vaak hoofdpijn, was hij overprikkeld en zag hij dubbel. Niet echt iets waar we ons meteen zorgen over maakten, want vlak na de geboorte van onze oudste dochter had Paul vergelijkbare klachten gehad. Er speelde toen ook van alles op zijn werk, waardoor hij gestrest was, maar uiteindelijk namen zijn klachten vanzelf weer af. Ik ging er daarom vanuit dat dat bij de tweede keer ook zou gebeuren, maar helaas liep het anders. Onze huisarts was er namelijk niet helemaal gerust op dat Pauls klachten onschuldig waren. Vooral omdat hij aangaf dat hij dubbelzag. We moesten direct door naar de neuroloog in het ziekenhuis en hij liet een CT-scan van Pauls hoofd maken. Dezelfde middag kregen we de uitslag. Paul had een hersentumor in zijn rechter hersenhelft.”
Spoedoperatie
“In shock hoorden we het aan. We hadden het allebei totaal niet zien aankomen, maar veel tijd om erover na te denken, hadden we niet. Paul moest zo snel mogelijk geopereerd worden in een ziekenhuis in het Belgische Genk (we wonen vlak bij de grens) en huilend bereidde ik me voor. Ik was heel erg bang om Paul kwijt te raken en had geen idee wat zijn overlevingskansen waren. Zijn arts kon daar geen duidelijkheid over geven, maar hij wilde er wel alles aan doen om Paul te helpen. Daarom lieten we het maar op ons afkomen. Wat konden we anders?”
Goed nieuws
“Na een operatie van tien uur vertelde de arts dat de ingreep geslaagd was. Hij had de tumor kunnen verwijderen en tot onze grote opluchting bleek ‘ie goedaardig te zijn. Paul en ik waren zo blij. We dachten echt dat dat het was. Paul moest nog wel op controles komen, maar die zouden vast ook goed gaan…”
Ander soort tumor
“In januari 2011 gingen we terug naar het ziekenhuis voor de eerste controle. Er werd opnieuw een scan gemaakt en tot onze grote schrik was daarop te zien dat er nog tumorcellen op de hersenstam van Paul zaten. Ook legde de neuroloog uit dat de weggehaalde tumor na de operatie op kweek had gestaan. Hierdoor was hij erachter gekomen dat het toch een ander soort tumor was geweest dan gedacht. Zo ging het om een laaggradige tumor die ten alle tijden hooggradig kon worden. Oftewel: het was zeker dat de tumor uiteindelijk kwaadaardig werd, wat betekende dat Paul ernstig ziek was. Een tweede operatie was alleen niet mogelijk, omdat Paul dan verlamd zou raken. Daarom stelde zijn arts bestralingen voor. Genezen van de tumor kon niet meer, maar de behandelingen konden er wel voor zorgen dat zijn tumor tot stilstand zou komen.”
Heel ander verhaal
“Het was vreselijk nieuws. Al die maanden waren we zo opgelucht geweest dat Paul door het oog van de naald was gekropen, maar opeens bleek het verhaal heel anders te zijn. Het was duidelijk dat hij niet oud zou worden, alleen wist niemand hoelang hij precies nog had.”
Achteruitgang
“Na de bestralingen was de tumor drie jaar stabiel. Daarna bleek dat de tumor gegroeid was, tussen de hersenhelften in. Er volgde een nieuwe operatie en chemotherapie en ik zag Paul achteruitgaan. Zo was hij minder stabiel, viel hij steeds en liep hij met een rollator. Ontzettend heftig natuurlijk om je man zo te zien, maar ik keek liever naar wat hij nog wel kon. En dat was bij mij en de meiden zijn. Zelf wilde hij het ook zo lang mogelijk volhouden. Hij was er nog lang niet aan toe om afscheid van ons te nemen.”
Stoppen met chemo
“Hoewel het de bedoeling was dat hij zijn chemokuur helemaal afmaakte, stopte Paul na negen kuren, omdat het te zwaar voor hem werd. Bovendien zei de neuroloog dat de tumor ook door de chemo heen zou kunnen groeien en dat het geen garanties gaf als hij alle twaalf kuren afmaakte, dus wat had het nog voor zin?”
Laatste vakantie
“Met goedkeuring van de arts gingen we als gezin nog één keer op vakantie naar Griekenland. Wat een heerlijke week moest worden, eindigde in een nachtmerrie omdat Paul in Griekenland erg ziek werd en in coma raakte. De ambulance bracht hem naar een ziekenhuis in Athene en de artsen daar gaven Paul allerlei sterke medicatie om hem weer bij bewustzijn te brengen. Ook plaatsten ze een drain om vocht uit zijn hersenen te laten lopen. Gelukkig kwam Paul daardoor uit zijn coma en hebben we nog een aantal mooie gesprekken kunnen voren. Van alles wat er in onze hotelkamer was gebeurd, wist hij niks meer, maar hij was blij dat hij er weer was. Weliswaar heel ziek, maar in ieder geval weer bij bewustzijn, bij mij en de meiden.”
Terug in Nederland
“Met een medische vlucht vlogen we terug naar Nederland en daar werd Paul direct opgenomen in het ziekenhuis van Genk. Al snel zeiden zijn artsen dat ze niks meer voor hem konden doen. Hij mocht mee naar huis en drie dagen later, op 22 augustus 2015 overleed hij in het bijzijn van zijn gezin en zijn moeder.”
Leuke herinneringen
“We zijn nu bijna acht jaar verder en er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan Paul denk of het met mijn dochters over hem heb. Ze zijn nu bijna dertien en vijftien jaar en de jongste vraagt elke avond voor het slapengaan of ik nog een leuke herinnering aan haar vader kan vertellen. Ze was vijf toen hij overleed en toch weet ze nog wel het een en ander over hem. Door over Paul te praten, houden we de herinnering aan hem levend.”
In mijn hart
“Eén van de laatste dingen die Paul tegen mij zei, was dat ik best verdrietig om hem mocht zijn, maar dat ik daarna wel door moest gaan met mijn leven. Iets wat ik ook heb gedaan, want inmiddels ben ik rouw- en verliescoach voor gezinnen die hetzelfde meemaken als wat ik heb meegemaakt. Ook heb ik een nieuwe relatie en ben ik weer gelukkig. Toch zal Paul altijd mijn eerste grote liefde blijven die ik mijn leven lang in mijn hart met me zal meedragen…”
Tekst: Renée Brouwer
Foto: privéfoto